Gepubliceerd op 01-11-2018

Ongunstig

betekenis & definitie

bn. bw. (-er, -st), niet gunstig, niet welwillend gestemd : indien de Goden mij niet ongunstig zijn; een ongunstige wind; bij aandachtig beschouwen was de uitkomst van mijn overwegingen ongunstig;

— geringe of geen winst opleverende : ongunstige jaren in de handel;
— een slechte indruk van iem. gevende, hem benadelende in de schatting van anderen; een ongunstig rapport over iem. uitbrengen; iem. met een ongunstig uiterlijk; hij kende hem van een ongunstige zijde; de eerste indruk, die hij maakte, was ongunstig; hij heeft zich zeer ongunstig over mij uitgelaten.