Omtonnen (omtonde, heeft omtond), eene ondiepte met zeetonnen omgeven, aan alle kanten betonnen, om de ligging aan de schippers aan te wijzen: er vormt zich in dat vaarwater eene gevaarlijke bank: men mocht die wel laten omtonnen;
— (tonde om, heeft omgetond), in andere tonnen doen: de zuurkool moet omgetond worden.