Mondopening v. (-en), opening, spleet van den mond; (plantk.) cirkelronde opening onder het deksel van de zaaddoos der bladmossen, waarin doorgaans verschillende soorten van tandjes zichtbaar zijn;
...ORGELTJE, o. (-s), mondharmonica;
...PRANG, v. (-en), mondbal;
...PRANGER, m. (-s), gebit (voor paarden enz.);
...PROP, v. (-pen), mondbal;
...RIET, o. (-en), een rietje aan den mond van zekere muziekinstrumenten : eene klarinet b. v.