Middelrib v. (-ben), middelste rib; (scheepsb.) spant;
...RIEM, m. (-en), riem in het midden (van een zadel);
...RIF, o. (-fen), middelschot van het menschelijk lichaam, spierachtig vlies dat de borstholte van de buikholte scheidt, diaphragma;
...SCHEEPS, bw.,
...SCHEEPSCH, bn. midscheeps(ch);
...SCHILD, o. (-en), (wapenk.) een schild, midden in een grooter schild, van grooter afmetingen dan een hartschild;
...SCHIP, o. (...schepen), het midden van een schip;
...SCHOT, o. (-ten), planken afscheiding tusschen twee kamers; tusschenschot (in den neus);
...SCHREEF, v. (...schreven), (timm.) hartschreef;
...SLAG, o.,
...SOORT, v. o. (-en), soort tusschen klein en groot (of tusschen dik en dun, tusschen lang en kort enz.) in;
...SPITS, v. (-en), centraalpunt.