Lompenbak m. (-ken), (pap.) stamptrog;
...BANK, v. (-en), toestel, waarop de lompen gescheurd worden;
...BLOK, o. (-ken), (pap.) blok, waarop de lompen fijngehakt worden;
...GAARDER, m.,
...GAARSTER, v. (-s), voddenraper, voddenraapster;
...HANDEL, m.;
...HANDELAAR, m. (-s);
...HOK, o. (-ken);
...KAMER, v. (-s), in papiermolens;
...KIST, v. (-en);
...KOKER, m. (-s), machine eener papierfabriek;
...KOOPER, m. (-s),
...KOOPSTER, v. (-s);
...KOOPMAN, m. (...lieden);
...KRAAMSTER, v. (-s),
...KRAMER, m. (-s), iem. die een voddenwinkel houdt;
...KUIP, v. (-en), (papierm.) kuip waarin men de lompen laat rotten.