Het begrip leep heeft 3 verschillende betekenissen:
1. leep - LEEP, bn. (leper, -st), (gew.) druipoogig.
2. leep - LEEP, bn. bw. (-er, -st), (fig.) doortrapt, loos: iem. leep bedriegen; slim: dat heeft hij leep aangelegd; (fig.) iem. leep aanzien, overdwars.
3. leep - LEEP, v. (gemeenz.) van de leep krijgen, klappen krijgen.