Gepubliceerd op 19-09-2018

Kwaadaardig

betekenis & definitie

KWAADAARDIG, bn. bw. (-er, -st), geneigd tot het kwaad, boosaardig, slecht een kwaadaardig mensch;

— van kwaden aard, verderfelijk, schadelijk, gevaarlijk kwaadaardige koortsen; eene kwaadaardige zweer;
boos, nijdig hij zeide het op kwaadaardigen toon; iem. met kwaadaardigen blik aanzien. KWAADAARDIGHEID, v. neiging om kwaad te doen, snoodheid; boosaardigheid; nijdigheid. KWAADAARDIGLIJK, bw.