Krijgshandel m. wapenhandel, militaire exercitiën; ondervinding, in den oorlog opgedaan, oorlogskunst;
...HAVEN, v. (-s), oorlogshaven, haven voor oorlogsschepen;
...HEER, o. (...heren),
...HEIR, o. (-en), leger;
...HELD, m. (-en), dappere strijder;
...HELDIN, v. (-nen), dappere strijdster;
...HERAUT, m. (en), die den oorlog aanzegt, vredesonderhandelingen voert, enz.;
...HOOFD, o. (-en), leger-opperhoofd;
...KANS, v. (-en), de wisselvalligheid van den oorlog: de weifelende, de onzekere, de wisselende krijgskans;
...KAS, v. (-sen), geld ter bekostiging van den oorlog;
...KLAROEN, v. (-en), krijgstrompet;
...KNECHT, m. (-en), soldaat;
...KOSTEN, m. mv. de kosten, welke een oorlog veroorzaakt;
...KUNDE, v. de wetenschap van het oorlogvoeren; de hoogere krijgskunde, strategie, de kunde die alle verrichtingen van den oorlog leert gebieden en besturen.