Gepubliceerd op 13-09-2018

Koppelen

betekenis & definitie

KOPPELEN, (koppelde, heeft gekoppeld), tot een koppel binden, verbinden, samenbrengen, vereenigen: twee honden aan elkaar koppelen; spoorwagens aan elkaar koppelen; twee personen aan elkaar koppelen, tot een huwelijk met elkaar brengen; woorden, zinnen koppelen, aan elkaar verbinden; een huwelijk koppelen, door onderhandeling tot stand brengen;

— koppelend voegwoord, dat zinnen of zinsdeelen aan elkaar schakelt;
— (zeew.) den koppelkoers berekenen uit de gedurende het etmaal gezeilde koersen en de snelheid van vaart de gegeven breedte verkrijgen.