Gepubliceerd op 13-09-2018

Kaproen

betekenis & definitie

v. (-en), (oudt.) hoofddeksel, kap; (gew.) vrouwenkap;

— (spr.) het zijn twee hoofden onder ééne kaproen, zij zijn het met elkander eens;
— (gesch. van Vlaand.) m. mv.; de witte kaproenen van Gent, opgestane Gentenaren, die witte kaproenen droegen;
— (rijsch.) neusprang voor paarden.

< >