HUISWERK, o. werk dat men aan huis verricht (in tegenst. met schoolwerk enz.): de kinderen worden tegenwoordig niet meer zoo overladen met huiswerk;
— (ook) werk dat dient om het huis schoon te houden en het huisraad te onderhouden : gevraagd eene keukenmeid, die ook genegen is huiswerk te verrichten.