Gepubliceerd op 12-09-2018

Hoofdzonde

betekenis & definitie

HOOFDZONDE, v. (-n), (R. K.) de 7 hoofdzonden (die de oorsprong zijn van vele andere): hoovaardigheid, gierigheid, onkuischheid, nijd, gulzigheid, gramschap en traagheid;

groote zonde: iemands hoofdzonde, zijne voornaamste zonde of zwak, zijn hoofdgebrek.

< >