Gepubliceerd op 24-02-2020

Gipsen

betekenis & definitie

Het begrip gipsen heeft 2 verschillende betekenissen:

1. gipsen - GIPSEN, bn. van gips vervaardigd, in pleister gegoten een gipsen beeldje;
— een gipsen masker, afgietsel van het gelaat van een afgestorvene.

2. gipsen - GIPSEN, (gipste, heeft gegipst), met gips bestrijken, pleisteren het plafond laten gipsen;
— (landb.) den grond gipsen, dien bestrooien of mesten met gemalen gips;
— (wijnhandel) den wijn gipsen, den most met gebrand gips behandelen, waardoor de kleur vuriger, en de wijn eerder geklaard en fleschrijp wordt.

< >