GEJUICH, o. het telkens of aanhoudend juichen, luid en jubelend vreugdegeroep;
— (spr.) die met tranen zaaien, zullen met gejuich maaien, na lijden komt verblijden, wat in ’t ongeluk begonnen is, wordt dikwijls in vreugde voleind.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: