BESLAG, o. met eene vloeistof aangemengd en geklopt meel (met of zonder eieren, boter, krenten, gist enz.);
— eene kleiachtige zelfstandigheid waarmede men glazen vaten bedekt om ze beter tegen het vuur bestand te maken;
— aangemengde kalk;
— (bierbr.) het met water aangemengde gebroken of gekneusde mout;
— ijzeren, koperen banden om, of platen op een houten voorwerp; plaatjes, belegsel van metaal een eikenhouten kist met koperen beslag; een boek met gouden, zilveren beslag; het beslag van een geweer, van tuigen; die wagen moet een nieuw beslag hebben, nieuwe banden, hoepels; ;
— de hoefijzers der paarden: een paard op nieuw beslag, op winterbeslag;
— (waterb.) rijswerk waarmede een oever is bekleed;
— bekoeling;
— al het vee mond- en klauwzeer is bij A geconstateerd; het geheele beslag der koeien en schapen is afgemaakt;
— (gew.) al de bezittingen van een boer, behalve huis en land;
— beschot: de aardappelen leveren een goed beslag op, brengen veel op; (recht.) aanhouding, arrest, gijzeling;
— beslaglegging op goederen, hetzij tot tenuitvoerlegging van een vonnis, hetzij als middel tot bewaring van een recht: beslag leggen op iemands goederen, traktement; een executoriaal beslag;
— aanhouding.
benadering de te laag aangegeven. de gesmokkelde goederen, de verboden wapenen werden in beslag genomen;
— dat nam al mijne aandacht in beslag, ik had voor niets anders aandacht;
— (scherts.) beslag leggen op, in bezit nemen ook mag ik voor dezen avond beslag op u leggen ? mag ik van avond over uw tijd beschikken, kan ik op u rekenen;
— dat werk neemt mij geheel in beslag, vordert al mijn tijd; ook iemands tijd in beslag nemen, er gebruik van maken, hem bezighouden;
— die beschrijving neemt het geheele boek in beslag. beslaat een groot deel van het boek;
— (fig-) die zaak, dat plan zal nu zijn beslag krijgen, vastgesteld, beslist worden;
— eene zaak haar beslag geven, de noodige zorg eraan besteden, ze in orde brengen;
— (Zuidn.) veel beslag maken, veel beweging maken, zich airs geven; (ook) veel drukte van iets maken;
— zonder beslag, eenvoudig weg, zonder omslag;
— (gew.) ’t is een groot beslag in een klein potje, veel geschreeuw en weinig wol.