v. (...gieën), overeenkomst, overeenstemming (vooral van begrippen) bij analogie redeneeren, de waarheid van iets uit overeenkomstige feiten, gevallen afleiden;
— (taalk.) invloed door een woord (of taalvorm) op een in klank of beteekenis daarmee verwant woord (of taalvorm) geoefend analogie is de levende vormkracht in iedere taal; de vorm georven (voor geëerfd) is ontstaan door analogie met gestorven; verassureeren is ontstaan door analogie mit verzekeren; rozelaar is gevormd naar analogie van appelaar; boekerij naar bakkerij; vele woorden op matig en vol zijn gevormd naar analogie van het Duitsch.
ANALOGIEFORMATIE, v. (-s, ...tiën);
...WERKING, v. (-en).