m. (...lieden, ...lui),
1. persoon in betr. tot degeen aan wie hij iets gezegd, verteld heeft: wie is uw zegsman? van wie hebt gij het vernomen ? — de zegsman ligt op het kerkhof, niemand weet wie het verteld heeft;
2. (w. g.) woordvoerder namens anderen.
ZEGSVROUW, v. (-en).