Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Verhogen

betekenis & definitie

(verhoogde, heeft verhoogd),

1. hoger maken, opwerken : een dijk, een land, een vloer verhogen ;
2. (muz.) een noot een halve toon verhogen, hoger doen klinken, spelen, zingen
3. in positie of aanzien verheffen: iem. in rang verhogen ; — prijzen : ik zal U verhogen, Here (Ps. 30 : 2); wie zich zelf verhoogt, die zal vernederd worden (Matth. 23 :12);

. in een hogere klasse doen plaats nemen, bevorderen: de leerlingen worden verhoogd ; twee jongens zijn niet verhoogd, moeten nog eens in dezelfde klasse zitten ;

5. vermeerderen : de belastingen, de inkomsten, het loon, de prijzen van iets verhogen; koorts verhoogde de temperatuur tot 390; (fig.) groter maken, doen toenemen : die overwinning verhoogde de moed der soldaten ; die levenswijze verhoogt de energie ; — waardevoller maken : bescheidenheid verhoogt de deugd;
6. sterker doen uitkomen : schaduw verhoogt het licht.