Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Uitsluiting

betekenis & definitie

v. (-en),

1. het uitsluiten, inz. als maatregel van werkgevers tegen stakende werklieden, lock-out; — (concr.) keer dat deze maatregel toegepast wordt; — (gesch.) akte van uitsluiting, van seclusie, onterving;
2. af-, uitzondering; met uitsluiting van, het genoemde niet er onder begrepen; — bij uitsluiting, alléén, geen ander toelatend.