Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

SPECIE

betekenis & definitie

(<Lat.), v. (-s, speciën),

1. (w. g.) soort: een raar specie van mensen;
2. stof, grondstof, inz. meststof;
3. door uitgraven of baggeren verkregen grond;
4. mengsel waaruit iets gegoten of geperst wordt; — letterspijs;
5. gemengde en aangemaakte stof waarmee men metselt of pleistert: er is teveel specie tussen de stenen van die muur;
6. toevoegsel, bestanddeel van artsenijen, spijzen enz.;
7. (Barg.) drank : een fles specie;
8. (coll.) gemunt geld, munt: hier is 50 gulden in specie.