m. (-sen), en v. (als stofn.),
1. vis die plat is, zoals schol, bot enz. ; (zegsw.) hij droomt van schol: hij eet gaarne platvis, wat men gaarne wenst gaat niet altijd in vervulling;
2. (mv.) wetenschappelijke naam van een familie van vissen {PleuronectIdae), waartoe behoren de heilbot, de tarbot, de schol, de bot, de tong, de schar, de griet enz.