Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Opwellen

betekenis & definitie

(welde op, is en heeft opgeweld),

1. opborrelen, naar boven wellen: hier welt water op ; — oneig. : tranen welden in haar ogen op : — (fig.) een gedachte welde in mij op, kwam langzamerhand tot bewustzijn ; opwellende driften ;
2. (overg.) even opkoken : voor het inmaken moeten de abrikozen even opgeweld worden.

< >