m. (...naren, -s),
1. iem. die een vrouw liefheeft en dit laat blijken : een onervaren minnaar;
2. (veroud.) geliefde;
3. iem. met wie een vrouw leeft zonder met hem getrouwd te zijn : haar minnaar heeft haar verlaten;
4. liefhebber: een minnaar van de jacht.