Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Balanceren

betekenis & definitie

(balanceerde, heeft gebalanceerd), (<Fr.),

1. met kleine schommelingen zich in evenwicht houden: op de slappe koord balanceren ;met een stok, een mes enz. balanceren, er kunststukjes mee doen, waarbij de stok enz. in evenwicht blijft;
2. (fig.) besluiteloos zijn, nog niet weten wat men doen zal: tussen twee meningen balanceren, nog niet weten te kiezen;
3. (hand.) de balans opmaken.