een samentrekking van mal‘gek’ en moer‘moeder’.
1. geen - helemaal niets, bijv. in dat gaatje geen mallemoer aan!Syn. geen sodemieter.
2. naar zijn - (
gaan/helpen), naar de knoppen, stuk, kapot (gaan, maken). Verkorting van het oudere naar de duivel en zijn mallemoer helpen ‘stukmaken’. Informele uitdr. Vgl. de wereld en zijn mallemoer.
... en nou gaat alles in vliegende vaart naar z’n mallemoer! (Willem van Iependaal: De dans om de rinkelbom, 1939)
Omdat er een penseel van me naar z’n malle moer is geholpen. (Martin Boelens: De dochter van de hondekop, 1977)
En je auto naar z’n mallemoer. (Heeresma’s Fran- cis Pax Omnibus, 1980)
Wat een snip is? Honderd piek. Kunt u zelf uitrekenen wat ik in die ene week zo ongeveer naar z’n mallemoer heb geblazen. (Leo Derksen: De dansende kater, 1983)
De hele bioscoop is ooit naar zijn mallemoer geholpen omdat men heeft besloten dat films alleen nog maar voor twaalfjarigen mogen zijn. (HP/De Tijd, 22/07/94)
3 voor zijn -s kont/reetweg,zonder reden, zomaar, voor niets. Slanguitdr.
Voor ons mallemoerskont weg varen we hier, dat zeg ik je. (Piet Bakker: De Slag, 1951)
Ik kletste dan maar wat voor me mallemoerskont weg... (Albert Mol: Het doek viel te vroeg, 1977)
... steriel gekwek voor ’s mallemoers kont weg ... (Gerrit Komrij: Papieren tijgers, 1978)
... ik kan helemaal niet acteren. Ik zou daar gewoon maar wat voor me mallemoers kont staan te lullen, nietwaar? (Albert Mol: Haar van boven, 1988)
Als de middenvelders en aanvallers hier de bal niet kwijtraken lopen ze maar wat voor hun mallemoers kont weg. (Nieuwe Revu, 07/11/91)
Amateurs worden volgestopt met opdrachten. In mijn tijd reden ze voor hun mallemoer weg. (Trouw, 21/04/95)
