Gepubliceerd op 21-06-2017

Apezuur

betekenis & definitie

zich het apezuur lopen/werken/ zoeken enz., heel hard lopen, werken, zoeken enz. Apezuur dient ter intensivering. Wellicht ontstaan onder invloed van zich een aap schrikken en dus op te vatten als ‘zo schrikken, lachen enz. dat men het gezicht trekt van een aap’. Aanvankelijk in de ruwere taal van scholieren, maar teg. in veel ruimere kring verspreid.

Bill af en toe jodelend, zich galmend het apezuur lachend. (Bert Hiddema: Twee vliegen in een klap, 1975)

Ze zou meer met haar leven kunnen beginnen dan zich het apezuur te werken in de benauwde stoffige hitte van de cementoven. (Ben Borgart: Troost. Verhalen, 1981)

Ik met mijn eeuwige schoolslag er recht tegenin, zwem me het apezuur. (Eli Asser: Aan mij zal het niet liggen, 1983)

We hadden ons voor een minimaal loon het apezuur gewerkt... (Nieuwe Revu, 09/05/91)