Zalig

betekenis & definitie

Zalig - in het bezit van de volmaaktheid, d. i. de volle gemeenschap met God als doel van het religieuse leven en bepaaldelijk van de Mystiek : het zien en genieten van God. ,,Z. in hope” geldt daarbij van den toestand der voorlopigheid in deze bedeeling. Zaligen : zij, die geloovig zijn afgestorven. In de R.-K. kerk bepaaldelijk een groep, die de kerkelijke zalig-verklaring of Beatificatie hebben ontvangen, als eersten stap tot Heilig-verklaring of Canonisatie. Daarbij wordt door den paus onder voorbehoud godsdienstige vereering aan den afgestorvene toegekend.