Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Weenen

betekenis & definitie

Weenen - (Duitsch Wien), vroeger hoofdstad der Oostenrijksch-Hongaarsche Monarchie, nu van de republiek Duitsch-Oostenrijk; in 1914 -j2.160.000, in 1920: 1.842.000 inwoners.? De stad ligt aan het W.-einde van het Wienerbekken, tegen de vóór-heuvels van het Wienerwald, bij de samenvloeiing van de Wien-rivier met het z.g. Donaukanaal, een bijarm van den hier zich splitsenden en een eiland vormenden Donau en beheerscht de poort tusschen Alpen en Karpaten. Zij is het kruispunt van enkele der voornaamste wegen van Europa, die W.en Middenmet Z.-Europa en de Oriënt verbinden, n.I. de bevaarbare Donau. de Groote Orientweg (Parijs—W.—Belgrado—Constantinopel), de weg uit N.-Europa door de Moravische Poort—W. en Hamburg—Praag—W., over de Semmeringpas naar de Adriatische zeehavens en Italië. Centrum van spoorwegen. W. bestaat uit de oude stad, het eerste Bezirk, waarom heen de oude voorsteden: (Leopoldsstad, Landstrasse, Wieden, Margarethen, Mariënhelf, Neubau, Josephstadt, Alsergrund, Favoriten) en een vijf-en-dertigtal nieuwe bij aansluiten± tot één reusachtige wereldstad.

Van de voorsteden ligt alleen Leopoldstadt aan den linkeroever van het Donaukanaal. Het oudste gedeelte van W., het Romeinsche Vindobona, is het Noordelijk deel van de binnenstad, met smalle, soms bochtige straten en de Hohe Markt als centrum, waar het paleis Sina, misschien wel het oudste gebouw van de stad is. Ten N. hiervan ligt de oude Jodenbuurt. Dit oudste gedeelte wordt door de „Graben”, nu een der belangrijkste winkelstraten, gescheiden van het Zuidelijk deel der binnenstad. Hier is de Stephanusplatz, waarop zich de beroemde Gotische St.-Stephanuskathedraal met haar 136 M. hoogen toren verheft, het middelpunt. De merkwaardigste onder de talrijke kerken zijn de Gotische Maria-, Stiegen- en Augustinerkerken en de Salvatorkapel (gedeeltelijk renaissance). De in barokstijl gebouwde Kapucijnerkerk bevat de graven der leden van de familie der Roomsch-Duitsche en Oostenrijksche keizers, van Matthias af. Het oude raadhuis (Magistraatshuis) is gedeeltelijk in Gotischen, gedeeltelijk in barokstijl gebouwd.

In ’t Z.W. der binnenstad ligt de Hofburg, een complex van gebouwen uit verschillenden tijd en dus in verschillende stijlen opgetrokken, om eenige binnenpleinen heen gebouwd. Talrijk, zoowel in de binnenstad, als in de Oostelijk daaraan grenzende wijk Landstrasze, zijn de paleizen der aartshertogen en van de leden van den hoogen adel. De oude vestingwerken, die de binnenstad omgaven, zijn sedert 1858 in een 57 M. breede boulevard, de Ringstrasse, veranderd. Hieraan liggen talrijke moderne openbare gebouwen, zooals de beurs, het universiteitsgebouw, het nieuwe raadhuis, het Schauspielhaus, het Reichsrathgebouw, het paleis van justitie (de laatste zes alle op den beroemden Franzenring), musea, de opera, enz. W. heeft talrijke parken en plantsoenen. Het belangrijkste is het Prater, in het 0. van de stad op den linkeroever van het Donaukanaal. In het Z.W. van de stad ligt het paleis en park Schönbrunn, met diergaarde en botanischen tuin. Zeer talrijk zijn de musea, zoowel wetenschappelijke, als van kunst en archaeologie.

Yan de laatste soort is de belangrijkste : de verzamelingen in het Belvédère, een paleis met park in het Z.O. van de stad, n.l. van schilderijen en oudheden, o. a. de aan oude wapenrustingen rijke Ambrasverzameling. De schatkamer van den Hofburg bevat o. a. de kroningsinsignes van het oude Roomsch-Duitsche Rijk. Tevens is er een beroemde bibliotheek en een muntkabinet aan verbonden. Belangrijke wetenschappelijke verzamelingen .vindt men in het Museum van Natuurlijke Historie (achter den Hofburg), in het Geologische museum (paleis Liechtenstein in Landgasse), enz. Er zijn veel inrichtingen voor onderwijs. De voornaamste zijn de universiteit (1916), 638 professoren, 3940 studenten en de Technische hoogeschool (183 professoren, 639 studenten), verder een hoogere veeartsenijschool en een conservatorium. W. is een muziekstad bij uitnemendheid en heeft vele beroemde componisten voortgebracht. De bevolking is zeer gemengd.

Alle natiën der vroegere monarchie zijn er vertegenwoordigd. Ook wonen er veel Joden. Toch is het Duitsche element er sterk in de meerderheid. W. heeft een zeer belangrijke industrie, vooral in de W.-en Z.W.-voorsteden. Belangrijkste producten: katoen, zijde, leerwerk, confectieartikelen, machines, muziekinstrumenten (piano’s) en verschillende soorten van galanterieën (vooral parlemoeren meerschuimartikelen).

Ook veel bierbrouwerij. Ten gevolge van zijn ligging was W. een belangrijke handelsplaats, ook was het een middelpunt voor den geldhandel. Toch was het al, sedert Hongarije in 1867 meer zelfstandig geworden was en in Boedapest een concurreerend middelpunt ontstond, als handelsmarkt niet sterk vooruitgegaan. De Wereldoorlog en het uit elkander vallen der oude monarchie, waardoor W. van de hoofdstad van een groote mogendheid er een werd van een derde-rangstaatje, waar het met zijn paar millioen inwoners natuurlijk veel te groot voor is, hebben den bloei der stad vernietigd.

Geschiedenis. W. is ontstaan uit een Keltische vestiging Vindomina, later Vindobona, die onder Romeinsch bestuur een belangrijke versterkte stad was in de provincie Pannonië. Met het terugtrekken der Rom. troepen verdween de stad, op weinige sporen na. De stad Weenen (oudste naam Wienni, 1030) ontwikkelde zich sedert de 12de eeuw vooral door toedoen der Oostenr. markgraven Leopold III en Hendrik II, welke laatste een hofburg en de St. Stephanuskerk liet bouwen. Zijn eerste stadsrecht ontving W. van hertog L. VI in 1221. Daarop geraakte de stad in strijd met hertog Frederik en vond steun bij keizer Frederik, die haar in 1237 tot rijksstad verklaarde, in 1246 als zoodanig bevestigde. Dezen rang verloor zij weldra, toen koning Ottokar haar bemachtigde, doch haar voorrechten schonk, welke keizer Rudolf van Habsburg, die haar in 1276 veroverde, uitbreidde. Zij bleef residentie der Habsburgers.

In 1365 werd de universiteit gesticht. Belegerd is W. in 1529 door de Turken, in 1619 door de Bohemers, in 1683 door de Turken, maar telkens te vergeefs. In 1805 en, na bombardement, in 1809 is het door de Franschen bezet. In Mei, en vooral in Juli 1848, hadden revoluties plaats; de laatste werd, na een beleg door het leger van vorst Windischgratz, onderdrukt. De oude vestingwerken zijn daarop gesloopt. Verschillende voorsteden en nabijliggende plaatsen werden in 1892 en 1904 ingelijfd. De ondergang der Oostenrijksche monarchie en de vrede van St. Germain, die Oostenr. tot een kleinen, armen staat maakten, brachten over W. groote ellende, meermalen met oproerige bewegingen gepaard.

Litt.: Quellen zur Gesch. der Stadt Wien, 5 dln. (1895—1906); Gesch. der Stadt Wien, I, II, Abt. (1897—1900), uitg. door de Oudheidk. Vereeniging te W.; E. Guglia, Gesch. der Stadt W. (1892).

< >