Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Veldleeuwerik

betekenis & definitie

Veldleeuwerik - Alauda arvensis, een leeuwerik ; lengte 17 c.M., staart 7 c.M.; vederkleed grondkleurig, van onderen witachtig; borst met bruine vlekken. De kleur verschilt al naar de grondsoort, waarop de dieren leven. Leeft in geheel Europa en Azië als broedvogel, behalve in het hooge N. en in het Zuidelijkste deel.

In ons land overal in weide- en bouwland ; van Februari tot November. Voedt zich met insecten ; als deze schaarsch zijn, ook met zaden ; is echter een zeer nuttige vogel en voortreffelijk zanger. Wordt op den trek naar het Z. bij duizenden gevangen en opgegeten.

< >