Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Teerdestillatie

betekenis & definitie

Teerdestillatie - wij beperken ons tot die van de koolteer. Over de destillatie van houtteer z.d. Voor de destillatie van koolteer komt hoofdzakelijk in aanmerking de teer van de cokesfabrieken, die te dien einde in de groote MiddenEuropeesche steenkolencentra veelal coöperatief wordt verzameld en verwerkt. Voor ons land, met slechts één cokerij, dient de teer van de gasfabrieken in hoofdzaak als uitgangsmateriaal. Als eerste bewerking dient de geschikte menging en het ontwateren in groote reservoirs te worden uitgevoerd.

Het water zou niet alleen onnoodig brandstof vragen voor zijn verdamping, maar leidt tot sterk schuimen van de teer bij verhitting. De meeste koolteer is iets zwaarder dan water (s.g. 1.05—1.20) en verzamelt zich dus op den duur van zelf onderin. In vele fabrieken wordt daarna nog afzonderlijk bij een temperatuur even boven 100° C. met vuur of oververhitten stoom ontwaterd. Daarop volgt dan de eigenlijke destillatie, eerst in drie hoofdfracties: lichte olie, destilleerende tot ± 170° C., middelolie, destilleerende tot ± 230° C., zware olie (anthraceenolie) tot ± 376° C. in vacuo. Wat dan nog in de ketels achterblijft, is de pek. Deze wordt warm in kuilen afgelaten. Zij wordt voornamelijk gebruikt als bindmiddel bij het vervaardigen van steenkolenbrikets. Elk der drie fracties wordt dan weer op zich zelf verder gefractioneerd.

De lichte olie bestaat in hoofdzaak .uit koolwaterstoffen, benzol, toluol, xylolen, enz. Zij wordt, evenals het analoge product uit de benzolwasscherij der cokesfabrieken, door voorzichtige, gefractioneerde destillatie gescheiden in verschillende handelsproducten: 90% benzol (d.i. een mengsel, waarvan beneden 100° C. 90 % overdestilleeren), ruwe toluol, solvent-naphta, enz. Al deze producten worden door wasschen met natronloog en zwavelzuur gereinigd. De middelolie bevat in hoofdzaak de phenolen en het naphtaline. De laatste kristalliseert grootendeels vanzelf uit (al of niet na herhaalde fractionatie). Zij wordt door sublimeeren in groote kamers gezuiverd en dient als grondstof voor de naphtalinekleurstoffen.

Na het afpersen der naphtaline blijft de ruwe carbololie achter. Zij wordt uitgetrokken met natronloog, waarin de phenolen oplossen. Uit het ingedampte extract slaat met koolzuur een veel zuiverder product, de ruwe phenol (carbolzuur), neer. De anthraceenolie scheidt bij afkoeling de ruwe anthraceen af, die als grondstof dient voor de anthraceenkleurstoffen. De rest wordt hoofdzakelijk verwerkt bij het impregneeren van hout. De middeiolie en de anthraceenolie worden, meestal gemengd, als brandstof gebezigd (teerolie).