Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Subject

betekenis & definitie

Subject - (het ten grondslag gelegde, liggende) is logisch-grammatisch : datgene in een oordeel, dat op een of andere wijze bepaald wordt, waarvan iets wordt gepraediceerd, b.v. goud in het oordeel : goud is geel. — In psychol. zin is s. het doorlevende, voorstellende, kennende, voelende en willende wezen, in tegenst. tot het object, d.i. datgene, waarop het voorstellen, kennen, enz. gericht is. — „Subjectief” beteekent nu: op het doorlevende, kennende subject (Ik) betrokken, hiertoe behoorend, hiervan afhankelijk, hierdoor bepaald. — Een subjectieve uitspraak is b.v. : brandewijn is lekker, of : godsdienstig geloof strijdt met de wetenschap. Zich niet laten beheerschen door vooroordeelen, maar „zakelijk” oordeelen, zoo oordeelen en waardeeren als een onbevangen persoon het doen moet, geldt dan omgekeerd als „objectief”. — Vroeger, bij de Scholastieken en nog in het begin der nieuwere wijsbegeerte, hadden de termen subjectief en objectief juist den tegengestelden zin.