Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Joachim

betekenis & definitie

Joachim - naam van keurvorsten van Brandenburg.

J. I volgde in 1499 Johan van Brandenburg op. Evenals dezen begunstigde hij kunsten en wetenschappen. Door hem werd de universiteit van Frankfort a/d. Oder geopend, welke spoedig naam kreeg op ’t gebied van theologie en rechtsgeleerdheid. Voorvechter van ’t Katholicisme sloot hij een verbond met zijn broer aartsb.

Albrecht van Mainz en Maagdenburg, hertog George van Saksen en de hertogen Erik en Hendrik van Brunswijk (verbond van Dessau 1525). In 1533 plaatste hij zich met zijn bondgenooten scherp tegenover ’t Smalkaldisch Verbond (Verbond van Halle). Onder dezen vorst werd Brandenburg vergroot met ’t graafsch. Ruppin, dat als leen kwam open te vallen. Hij stierf in 1535.

J. II volgde zijn vader J. I in 1535 op in de Altmark, terwijl zijn broer Johan de Neumark, Sternburg en de bezittingen in de Lausitz en Silezië kreeg, waardoor de Brand. staat in twee deelen was gesplitst. J. was geen tegenstander van de Luth. leer. In 1539 gebruikte hij ’t avondmaal in beiderlei gestalte en in ’t volgende jaar gaf hij een kerkenordening, waardoor de Luth. kerk staatskerk werd. Ondanks dit trad hij niet toe tot ’t Smalk. Verbond en aanvaardde hij later ’t Augsb.

Interim. In 1569 werd hij beleend met ’t hert. Pruisen. J. stierf in 1571.

< >