Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Hilgenfeld

betekenis & definitie

Hilgenfeld - (Adolf), 1823—1907, theoloog, hoogleeraar in de godgeleerdheid aan de universiteit te Jena. Hij wijdde zich geheel aan het kritisch onderzoek van het oorspronkelijk Christendom, daarbij den weg, door F. C. Baur gebaand, zelfstandig betredende, gelijk hij dan ook, ter onderscheiding van de Tubingsche kritiek, de zijne een litterarisch-historische noemt. Zijn resultaten verschillen merkelijk van die van Baur, daar volgens hem de synoptische evangeliën in een vroeger tijdperk, tusschen 70 en 100 na Chr., ontstaan zijn.

Tegen de voorstanders van een oorspronkelijk Markusevangelie als hoofdbron der synopt. evangeliën voert hij strijd. Behalve talrijke geschriften gaf hij sinds 1858 het „Zeitschr. für wissensch. Theologie” uit.

< >