Haf - Strandmeer door een smalle landtong, schoorwal (Hd. Nehrung), van de zee of van een groot meer gescheiden en daarmee slechts in verbinding staande door een kleine onderbreking van de landtong. De landtong is ontstaan door ophooging van een zandbank tot boven het peil van gewoon laag water, gewoonlijk gevolgd door duinvorming. Sommige schrijvers verlangen voor het begrip h. de uitmonding van een rivier in het strandmeer.
Indien een rivier in het h. uitmondt, zal geleidelijk verzoeting van het water en vervanging van de mariene fauna en flora door zoetwaterorganismen het gevolg zijn. Bekende voorbeelden zijn het Kurische en Frische Haff langs de kust van de Oostzee, de h. langs de kust van North-Carolina, Florida en Zuid-Frankrijk en die langs het Ontario Meer en de Kaspische Zee. De lage landen achter de Nederlandsche duinen waren eenmaal deel van een groot h. of van een haffenreeks, welke zich uitstrekte van Calais tot Kaap Skagen.
