Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Griet

betekenis & definitie

Griet - Rhombus laevis Rond., visch uit de familie der Platvisschen (Plenuonectidae), huid glad met kleine schubben, oogen aan de linkerzijde. Kleur der bovenzijde donkergrijs, soms met donkerbruine en lichtere vlekken, gelijkt veel op de Tarbot, doch onderscheidt zich daarvan, behalve door zijn gladde huid, door den meer gestrekten vorm van het lichaam. Bereikt in volwassen staat een lengte van 30-60 c.M. Komt in de Noordzee, ook aan onze kust, regelmatig, doch nooit in groote hoeveelheden voor.

Noordelijk vindt men hem tot bij Bergen in Noorwegen, Zuidelijk tot in de Middellandsche Zee; is zeldzaam in brak water. De G. is een van onze beste zeevisschen en wordt niet zelden onder den naam van Kaan of Kaantarbot aan den man gebracht. — G. is ook een volksnaam voor den Wachtel-Koning.

< >