Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 19-01-2019

Effectenzegel

betekenis & definitie

Effectenzegel - Effecten zijn aan een bijzondere zegelbelasting onderworpen, tot 1 Juni 1917 geregeld bij de wet van 24 Mei 1897, Stb. 155, gew. 23 Juli 1908, Stb. 240; sinsdien bij artt. 60—74 der Zegelwet 1917. Het recht bedraagt thans ƒ1 voor aandeelen in premieleeningen, ƒ1 voor aandeelen in buitenl. maatschappijen, ƒ0.80 voor andere buitenl. effecten, ƒ0.25 voor pandbrieven van hier te lande gevestigde en uitsluitend aldaar werkende hypotheekbanken, ƒ0.60 voor alle andere effecten, alles per ƒ100 nominale waarde (art. 60). In afwijking hiervan is een vast recht van ƒ10 verschuldigd van oprichtersaandeelen en een vast recht van ƒ0.50 van bewijzen van gerechtigheid (actions de jouissance), restant-bewijzen en dergelijke, welke, na aflossing der oorsp. aandeelen, aan de houders verblijven of uitgereikt worden, benevens van bewijzen van overneming van effecten, afgegeven door administratiekantoren en beschermingscomité’s (art. 62).

Vrijgesteld van zegel zijn de ten laste van het rijk of zijn koloniën uitgegeven effecten, de bewijzen van aandeel in binnen het rijk gevestigde naaml. venn., comm. venn. op aand. en andere venn. en vereenigingen, welker kapitaal geheel of ten deele in aandeelen is verdeeld (deze zijn aan een evenredig registratierecht onderworpen), alsmede coupons, dividendbewijzen en talons (art. 68). Niet van zegelrecht vrijgestelde stukken zijn niet leverbaar, vóórdat zij behoorlijk gezegeld zijn (art. 70).

< >