Beta

betekenis & definitie

Beta - plantengeslacht van de fam. der Chenopo diaceeën met een 6-tal soorten in het gebied van de Middellandsche Zee; het zijn onbehaarde, gladde, sappige kruiden met kleine, groene, tweeslachtige bloemen. Gekweekt wordt als één- of tweejarige plant de Biet, B. vulgaris, in verschillende kultuur vormen n.l. 1) als Snijbiet, een vorm met dunne wortels, waarvan de bladeren in smaak veel op spi nazie gelijken en als groente gegeten worden; 2) als Keukenbiet of Kroot, een vorm met bloedrood cel sap, waarvan de dikke wortels een bekende groente zijn; 3) als Mangelwortel of voeder bieten met dikke wortels, die voor een groot deel boven den grond uitsteken en als veevoeder dienen; 4) als Suiker biet of Beetwortel, B. vulgaris, var. Rapa. Al deze soorten schijnen af te stammen van B. maritima, een plant met liggende dunne stengels, die aan de kusten van Zuid-Europa voorkomt.