Bemmelen (johan frans van) - geb. te Groningen, 26 Dec. 1869, zoöloog, promoveerde in 1882 te Utrecht, alwaar hij van af dat jaar tot 1888 assi stent bij de zoölogie was; van 1888—1890 leeraar in plastische anatomie aan de Rijksnormaalsch. voor teekenonderwijzers en aan de Rijks-kunst nijverheidschool te Amsterdam; beantwoordde in 1889 eene prijsvraag, Over de erfelijkheid van ver worven eigenschappen, uitgeschr. door het Utrechtsch Genootsch. voor K. en W., welk antwoord met goud bekroond werd; bereisde 1890—1891 Java en Sumatra, nam daarbij deel aan de expeditie naar Midden-Sumatra; 1891—1894 leeraar Gymnasium Willem III te Batavia; 1894—1907 leeraar Gym nasium en H. B. S. te ’s-Gravenhage; werd van 1899—1906 belast met het onderwijs in de palaeon tologie en biologie aan de afd. Mijnbouwk. der Polytech. School, later Techn. Hoogeschool, te Delft; 1906 buitengew. hoogleeraar in de paleonto logie en hist. geologie aan de Techn.
Hoogeschool te Delft, 1907 hoogleeraar in de zoölogie te Gro ningen. Het wetenschappelijk werk van v. B. gaat over zeer verschillende groepen van dieren (Brachio poden, Chitonen) en beweegt zich verder vooral op vergelijkend-anatomisch gebied: rudimentaire kieuwspleten bij haaien, halsstreek der reptielen, schedelbouw der monotremen, enz. In den laatsten tijd werkt v. B. vooral over de beteekenis en do herkomst van de vleugelteekening der vlinders.