Anhalt - hertogdom in Midden-Duitschland, in één grooter en eenige kleinere stukken, gelegen aan de Elbe en de Saaie en in en nabij het Harzgebergte, alle bijna geheel door Pruisisch gebied ingesloten. Oppervlakte: 2300 K.M2., met 328.000 inwoners, voor 95% van den Evangelischen godsdienst; bevolkingsdichtheid: 143 per KM.2 Hoofdstad Dessau. 1/4 deel van het land is met bosch (meest naaldhout) bedekt. De landbouw levert beetwortelen voor de suikerfabrieken. Aan mineralen levert de bodem zout en bruinkolen.
Het hertogdom ontstond in de 12e eeuw als grensmark van het hertogdom Saksen. Eerst een tijdland met Brandenburg vereenigd onder het Askanische huis, werd het in de 14e eeuw een zelfstandig vorstendom. In 1603 werd het onder verschillende takken van het huis Anhalt verdeeld: Dessau, Bemburg, Zerbst en Cöthen. De linie Zerbst stierf uit in 1793, Cöthen in 1847, Bemburg in 1863, zoodat sinds 1863 Anhalt weer vereenigd is tot één hertogdom.