Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 22-12-2018

aangrijpen

betekenis & definitie

aan'grijpen (greep aan, heeft aangegrepen), 1. aanvatten door grijpen, d.i. door de hand naar het voorwerp uit te strekken, met verschillende bedoelingen; om het vast te houden, te gebruiken of voor zich te nemen; om het gegrepene te redden of voor een ongeluk te behoeden; om zich aan het gegrepene vast te houden: een drenkeling grijpt zelfs een strohalm aan; (mechanica) de werking van een kracht op (een bepaald punt) punt van) een lichaam; 2. (oneig.) met kracht aantasten, aanvallen; hevig aantasten, overweldigen, overmannen (m.b.t. koorts, koude, schrik, angst enz.); (een handeling) flink beginnen, ferm aanpakken: een taak —; te baat nemen: een voorwensel, de gelegenheid —; 3. een sterke indruk maken, hevig ontroeren: die gebeurtenis heeft hem erg aangegrepen.

< >