Mythologische Encyclopedie

Dr. A. van Anken (1961)

Gepubliceerd op 08-04-2020

DIONYSUS

betekenis & definitie

(Gr. Dionysos), Griekse god van de wijn, ook Bakchos (Lat.

Bacchus) genaamd. Zoon van Zeus en Semele. Toen zijn moeder voor de geboorte stierf, werd het kind door Zeus enige maanden in zijn dij gedragen en na de geboorte aan nimfen gegeven, die het opvoedden. Volwassen geworden, trok Dionysus rond om de wijnstok te planten en de wijnteelt aan de mensheid te leren. Satyrs vergezelden hem en zijn trouwste gezel was Silenus. Overal ontving men de god en zijn gave in dankbaarheid en de enkelen die zich verzetten werden gestraft met krankzinnigheid (Lycurgus) of de dood (Pentheus). Evenals Demeter gold hij als de brenger van beschaving en werd zelfs mede vereerd in de Eleusinische mysteriën. De Dionysusdienst is afkomstig uit Thracië, droeg een extatisch karakter en werd vooral door vrouwen (Bacchanten) ’s nachts in de bergen gevierd. De dienst verbreidde zich sinds ca. 1000 v. C. snel over N.

Griekenland en Boeotië, waar Thebe een cultus-centrum werd. Ook op de Parnassus vierden de Maenaden of Bacchanten in dierenhuiden gekleed, de thyrsusstaf zwaaiend onder kreten en muziek hun nachtelijke orgiastische feesten. Als wijngod is Dionysus ook de brenger van de geestdrift, de bevorderaar der schone kunsten: dithyrambe, drama en komedie danken aan de Dionysusdienst hun ontstaan; tot de voornaamste feesten die in Athene en Attica ter ere van de god gevierd werden, behoren de grote en kleine Dionysia, de Lenaea en de Anthesteria. In Delphi kreeg Dionysus een plaats naast Apollo, als orakelgevende god, en evenals Apollo werd vereerd als de zuiverende Lichtgod, zo eerde men Dionysus als de Bevrijder: beide goden werden door de Grieken gezien als redders in de geestelijke nood. In het Orphisme werd Dionysus geïdentificeerd met Zagreus, in de mysteriën van Eleusis met Iakchos. Het extatisch karakter van zijn eredienst verbond in KI. Azië de cultus van Dionysus met die van Cybele en Sabazius. Bij de Romeinen tenslotte, werd hij vereenzelvigd met Liber. Klimop en wijnrank waren hem gewijd, en de thyrsusstaf is zijn attribuut.ICONOGRAFIE In de talloze afbeeldingen van Dionysus op Griekse vazen, is de god voorgesteld als een baardige, oudere man. O.a. is beroemd de voorstelling op een schaal van Execias (ca. 540 v.C.) te München: de god zeilt over zee in een ranke boot, omzwermd door dolfijnen, een wingerd groeit op uit het schip. Op een amphora van Amasis (ca. 550 v.C.) te Parijs, staat Dionysus met lange haren en baard, het hoofd omkransd met wingerd, in de rechterhand een krater. Vóór hem dansen twee Maenaden. Ook in de oudere Griekse sculptuur wordt de god uitgebeeld als een figuur vol majesteit: bijv. het zgn. Sardanapallusbeeld in het Vatic. museum. Sinds de 4de eeuw v. C. gaf men Dionysus jeugdiger vormen met bijna vrouwelijke trekken: bijv. een onbeklede Dionysus in het Louvre. Ook als klein kind is hij voorgesteld, o.a. in de hand van Hermes (Praxiteles 4de eeuw v.C.) en in de armen van Silenus (hellenistisch beeld in het Louvre). In Leiden is een Dionysuskop, wellicht van de school van Scopas (4de eeuw v.C.). Ook op fresco’s, mozaïeken, gemmen en munten (o.a. van Naxos) komt Dionysus talloze malen voor. Uit later tijd: werken van Michel Angelo, Tiziano, Rubens, Van Dijck, Jordaens, Poussin en vele anderen.

Zie Zeus, Semele, Silenus, Lycurgus, Pentheus, Demeter, Parnassus, Maenaden, thyrsusstaf, Dionysia, Lenaea, Anthesteria, Apollo, Orphisme, Zagreus, Eleusis, Iakchos, Cybele, Sabazius, Liber

< >