Gepubliceerd op 01-12-2020

Gouderak

betekenis & definitie

Ned. gemeente in de Krimpenerwaard. In Gouderak heeft zich een van de meest ernstige bodemverontreinigingen van Nederland voorgedaan.

Het betreft een ruim 3 ha grote stortplaats in de uiter­waarden van de Hollandsche IJssel, waar­op later een woonwijk is gebouwd (de Zellingwijk).Het drama begon in 1952, toen de ge­meenteraad van Gouderak besloot een perceel ‘water’ in de uiterwaarden te dem­pen en het terrein na ophoging te bestem­men als bouwterrein. Rijkswaterstaat ver­leende toestemming voor het plan, dat in 1960 was gerealiseerd. Met stadsvuil uit Rotterdam, vuil van scheepvaartbedrijven uit het Rotterdams havengebied en afval van de petrochemische industrie werd het terrein gedempt.

Nog tijdens het storten van het vuil deden zich incidenten voor. Zo trad in 1959 mas­sale vissterfte op in een groot deel van het zuidelijke boezemwater van het Rijnland, die veroorzaakt werd door stortplaatsen langs de Hollandsche IJssel, m.n. de stort­plaats bij Gouderak. Het ging om vergifti­ging door het insekticide endrin. Ondanks de geconstateerde aanwezigheid van giftige stoffen op het stortterrein ging de ge­plande woningbouw gewoon door. In de 96 huizen op de stort kwamen 333 mensen te wonen (ruim 10 % van de totale bevol­king van de gemeente Gouderak).

In mei 1980 meldde Gouderak de bodem­verontreiniging in de Zellingwijk aan bij de provincie Zuid-Holland. In juli 1981 omschreef het provinciaal bestuur de Zel­lingwijk als een ernstig bodemverontreinigingsgeval, waar directe actie was gebo­den. Uit het daarna gehouden onderzoek bleek inderdaad de ernst van de verontrei­niging. De totale hoeveelheden verontrei­nigingen worden globaal geschat op 135000 kg polycyclische aromaten, 14600 kg ‘drins’ (o.a. diëldrin, aldrin, en­drin), 13200 kg pcb’s en ca. 110 kg ben­zeen. Van de gevaarlijke drins staat vast dat deze afkomstig zijn van Shell Chemie Pernis. In een kruipruimte zijn tot dusver­re sterk verhoogde concentraties drins aangetoond.

Tevens is gebleken dat de af­dekking op de stortplaats plaatselijk zeer dun is en uit relatief goed doorlatend ma­teriaal bestaat. Verder zijn verontreinigin­gen aangetroffen in de bodem en het grondwater aan de Moordrechtse kant van de Hollandsche IJssel, direct tegenover de stort.

Op grond van de uitgevoerde onderzoeken concludeerde de provincie Zuid-Holland dat ontruiming van de woonwijk noodza­kelijk is. Deze moet voor 1984 zijn vol­tooid. Het Rijk heeft een bedrag van f 17,5 mln. beschikbaar gesteld voor aan­koop van de huizen. Er zal een sanerings­onderzoek komen om duidelijkheid te ver­schaffen over de vraag welke technieken toegepast moeten worden voor de sanering van de stortplaats.

< >