(gra've:rən) (graveerde, heeft gegraveerd) [Fr. ~ graven].
1. met een biezondere naald figuren in hout, steen, metaal enz. griffen : op hout, in marmer, in koper -; een wapen -; in metaal of steen (b.v. voor een cachet) -;
(de stempel voor de matrijs van) een muntstuk -.
2. in houten blokken of metalen platen aldus graveren om daarmee prenten te drukken.