Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 29-06-2020

Bonaparte

betekenis & definitie

(bona'part) (-s) Toskaans geslacht waarvan een tak naar Corsica uitweek. Voornaamste leden :

1. (Charles) ° 1746 te Ajaccio, advokaat, huwde 1704 met Maria Laetitia Ramolino, ✝ 1785 te Montpellier. Acht kinderen o. a. (2) (3) (4) (5).
2. (Joseph) ° 1768, advokaat, 1806 koning van Napels, 1808-1813 van Spanje, waar hij, niettegenstaande de verovering van Saragossa (→ Palafox) door de Fransen (1809), zijn macht niet kon vestigen, ✝ 1844 te Florence.
3. (Napoleon) → Napoleon I.
4. (Lodewijk) → Lodewijk Napoleon.
5. (Jérôme) ° 1784 te Ajaccio, marineofficier, 1807-1813 koning van Westfalen, ✝ 1860.
6. (Jérôme Napoleon) jongste zoon van (5) ° 1822 te Triëst, 1859 gehuwd met de Italiaanse prinses Clotilde (✝ 1911), na de dood van de enige zoon van Napoleon III, hoofd van het Huis. ✝ 1891 te Rome.
7. (Victor Napoleon) oudste zoon van (6) ° 1862 te Parijs, huwde 1910 met prinses Clementina van België, ✝ 1926 te Brussel.
8. (Louis) zoon van (7) ° 1914 te Brussel, laatste erfgenaam.

< >