(a:lst) [aal, element van moerasnamen]
1. stad in Oostvlaanderen 1878 ha.,41 371 inw. Op de grote markt het gotisch belfort uit de XIIIde eeuw met de oudste mechanische beiaard ; gotische St.-Maartenskerk (± 1497). Textielnijverheid ; hopteelt en -handel. Aalst was van de XIde eeuw tot het einde der XVIIIde de hoofdstad van het „Land van Aalst” dat ongeveer 150 gemeenten omvatte. Het is de geboorteplaats van D. Maertens en Coecke. 2.gemeente in Belgisch-Limburg) 446 ha, 597 inw. Landbouw, boomgaarden.
eertijds zelfstandige gemeente in Noordbrabant, sedert 1923 gedeelte van Waalre.