WOMMELS, een Dorp in Friesland, in het Kwartier van Westergo, in de Grietenij Hennaarderadeel, van welke het, hoewel onder het twaalftal van Dorpen, slegts het zevende in rang zijnde, en ook niet het grootste, als het Hoofddorp mag worden aangemerkt, vermids de Regtdag hier weeklijks wordt gehouden. Wommels ligt aan den Trekvaart, welke van Leeuwarden na Bolsward loopt. Het is een tamelijk groot Dorp, vooral wanneer men daar onder bevat de verscheiden uitbuurten, welke wijd en zijd verspreid liggen: onder andere eene derzelven op den afstand van wel vierhonderd Roeden van de Kerkbuurt in overoude tijden lag in en onder Wommels een aanzienlijk getal Staten, of adelijke Huizen, doch die nu, al voor lang, hunnen luister en aanzien hebben verlooren in de gedaante van meer of min aanzienlijke Boerderijen.
Eene enkele, van het groot getal, is er nog in weezen, in het Dorp, ten Oosten van de Kerk. De Grietman van deezen Deele houdt ’er, gewoonlijk, zijn verblijf. In den Jaare 1492 leedt Wommels een zeer zwaar verlies, door eenen geweldigen brand. WINSEMIUS verhaalt, hoe, ten zijnen leeftijde, onder de bijgeloovige Opgezeetenen zekere overlevering nog geloof vondt, inhoudende, dat de ramp, twee jaaren voor dat dezelve gebeurde, voorzien was door de Huislieden, in wier oog het geheele Dorp zich vertoonde, alsof het in vollen vlam stondt. Het Noorderlicht, of eenige andere verheveling, zal de onkundige menigte den bijgeloovigen waan hebben doen opvatten. Nog lang daar naa hebben soortgelijke Voorteekens, meermaalen, geloof gevonden.
Voor het overige bevat Wommels eenenveertig Stemgeregtigde boerderijen. De Hervormde Leeraar deezer Plaatze neemt insgelijks in het nabuurig Hijlaard den predikdienst waar. Hij is lid der Klassis van Bolsward en Workum. Vóór de verandering van Godsdienst hier te Lande, behoorde Wommels onder het Dekenschap van Bolsward, en hadt de Pastorij jaarlijks honderd, het Vikarieschap zeventig Goudguldens inkoomen. Daarenboven was ’er eene Prebende, welke insgelijks jaarlijks honderd Goudguldens opbragt.Zie SCHOTANUS en WINSEMIUS; en Tegenw. Staat van Friesland.