een der drie Landkwartieren van de Provincie Friesland, in rang het tweede, doch verre weg het vermogendte van allen. In de aloude Kronijken is het bij den naam van Westrachia bekend.
Ten Oosten grenst het, voor het grootste gedeelte, aan Oostergo, en ook, voor een klein gedeelte, aan de Zevenwouden. Ten Westen wordt her Kwartier, langs deszelfs geheele uitgestrektheid, van de Zuiderzee bespoeld. De grond is, over ’t geheel genomen, zeer vrugtbaar, als bevattende in ’t geheel geene Hei- en Zandgronden, en zeer weinige Veenen. Hier en daar ontmoet men eenige laage Landen, Poelen en Meiren; doch deeze kunnen niet opweegen tegen de veel grooter uitgestrektheid van uitmuntende Wei- en Bouwlanden; welke laatste men inzonderheid in het Noordlijk gedeelte aantreft. Meer Zuidwaarts ontmoet men de beste Wei- en Hooilanden. Negen Grietenijen telt men in Westergo: Menaldumadeel, Franekeradeel, Barradeel, Baarderadeel, Hennaarderadeel, Worzeradeel, Wijmbritzeradeel, Hemelumer-Oldevaart, en het Bildt. Van de elf Friesche Steden, liggen ’er acht in dit Kwartier; ’t welk, in ’t voorbijgaan, deszelfs meerderen bloei boven de anderen niet onduidelijk uitwijst. Zij zijn met naam, Harlingen, Franeker, Bolsverd, Sneek, Workum, Hindelopen, Stavoren enYlst. Vóór de invoering der Kerkhervorminge, ook in de Provincie Friesland, stondt Westergo, in het geestelijke, onder het regtsgebied van den Proost van St. Janskerk te Utrecht. Hij was Aardsdeken van dit Distrikt, en zondt derwaarts zijne Dekens, uitgezonderd na Stavoren en Workum, welke ieder hunnen eigen Deken hadden.Zie ALTING, Notit. Germaniae Inferiores; BROUERIUS, Frisia Illustrata.
WESTERHOVEN
een Dorp in de Meierij van 's Hertogenbosch, bevattende ongeveer honderd Huizen. Men ontmoet ’er eenige Hervormde Ingezeetenen; doch de Kerk wordt niet meer gebruikt, als zijnde door ouderdom vervallen.