had, gelijk wij, volgens SLICHTENKORST, gezegd hebben, ter Vrouwe ERM of IRMGARD, eenige Dogter van den Graave OTTO VAN KLEEF. Volgens GOUDHOEVEN, kocht hij nog bij zijne andere goederen, de Heerlijkheid van Hagestein en van Walraven, van Valkenburg. Bij SLICHTENHORST vindt men dit niet, maar wel het tegendeel; schrijvende hij het bouwen van Hagestein toe aan zijnen Zoon OTTO.
Bij de gemelde ERMGARD, zijne Gemalinne, won hij veele kinderen, onder welke hij zijne goederen, bij zijn leven, verdeelde. Zijn oudste Zoon JAN stierf ongehuwd, aan eene bekome wonde, op een Tournoisel te Dordrecht, Ao. 1352.
OTTO, zijn tweede Zoon, volgde hem als Heer van Arkel.
JAN, de derde, was eerst Domdeken, daar na Bisschop te Utrecht, en eindelijk te Luik.
AREND of ARNOUD, de vierde, kreeg voor zijn deel Zoelen, Avezaat, Noordeloos, Alblas, Alblasserdam en Bergen in de Krimpenerwaard, naar hem Heer Arendsbergen genaamd.
De vijfde Zoon van Heere JAN had tot zijn deel, Bokhoven, Goudriaan en Haastrecht.
Heer ROBBERT, de zesde Zoon, had, behalven Bergen of Arendsbergen, ’t welk zijn Broeder aan hem had afgestaan, voor zig zelven Stolkwijk en Vliet of Vlist. Met dispensatie van den Paus, trouwde deeze zijne Nicht JANNE (bij anderen ELIZABETH genaamd), eenigste Dogter van den Heer van Asperen; door welk huwelijk hij Banreheer van Asperen werd.
HERBERT, de zevende Zoon, werd Heer van Slingeland, Molengrave, Bleskensgrave en andere Vlekken.
Belangende zijne Dogters: SLICHTENHORST telt ’er drie, als: MABELIA, ELIZABETH en MARIA.
I. MABELIA liet zig schaaken, door den Heer BOTH VAN DER EEM, wien zij zeven Dochters doch geen één Zoon baarde. De oudste van allen werd de Vrouw van Heer WILLEM VAN GENNIP, die, na haaren dood, in ’t jaar 1362, Aartsbisschop van Keulen werd; de tweede, ANGENIET, trouwde met den Heer van Heinsberg, en bragt ter waereld JAN VAN HEINSBERG, Bisschop van Luik; de derde, MARIA, kreeg ten man, den Heer van Valkenburg: zijnde van de overige voortgekomen de Heeren van der Eem, van Brederode, van der Merwe, van der Veer en van Cruiningen. Heer JAN VAN ARKEL was, over dit huwelijk van zijne Dogter, zo zeer verstoord, dat hij haar zien noch spreeken wilde: dus begaf zij zig, na den dood van haaren Gemaal, naar Utrecht, alwaar zij een huis voor de Minnebroeders bouwde, met een Altaar in den Domkerk, en nevens haaren Broeder, Bisschop JAN, begraven is.
II. ELIZABETH VAN ARKEL, trouwde met den Heer van Hoorn en Altena.
III. MARIA verbond zig in den Echt met WOUTER van Egmondt en Ysselstein, die overleed 1367. Heer JAN DE TWAALFDE stierf Ao. 1360.