Definities van Algemeen Nederlands Woordenboek in de Ensie S
- sneeuwgors
- sneeuwhut
- sneeuwklas
- sneeuwman
- sneeuwpop
- sneeuwsafari
- sneeuwtijger
- sneeuwuil
- snelfietspad
- snelfietsroute
- snelheidsdeken
- snelheidskijker
- snelheidsremmend
- snellaadpaal
- snellaadpunt
- snellaadstation
- snelladen
- snellader
- snelle BSE-test
- snelle e-bike
- sneloplader
- snelrechtbus
- sneltrein
- snelweg
- snelwegbus
- sneven
- snibben
- snibbig
- snibbigheid
- snijboon
- snijwond
- snikkelgoal
- snip
- snipperdag
- snipperuur
- snipverkouden
- SNO
- snoek
- snoekbaars
- snoeken
- snoep
- snoep verstandig, eet een appel
- snoepfruit
- snoepgroente
- snoepje
- snoepwinkel
- snoeven
- snokken
- snorfiets
- snorfietser
- snorkelgenen
- snorkelrijst
- snorscooter
- snot
- snotaap
- snotvalling
- snotverkouden
- snowboardschool
- snuf
- snuffelhond
- snuffelronde
- snuffelstage
- snufferd
- snuisteren
- snurken als een varken
- so be it
- soa
- soap
- soapacteur
- soapactrice
- soapie
- soapoli
- soapolikliniek
- soapopera
- soapserie
- soapster
- soccer
- sociaal akkoord
- sociaal appartement
- sociaal assistent
- sociaal assistente
- sociaal controleur
- sociaal faalangstig
- sociaal geriater
- sociaal verkeer
- sociaal werkster
- social distancing
- social media
- socialbesitas
- sociale bij
- sociale fraude
- sociale media
- sociale moeder
- sociale onthouding
- sociale woning
- socialebijstandswet
- socialemediatestament
- socialist
- socialite
- Societas Europaea
