Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Gerard

betekenis & definitie

graven van Gelre en bisschoppen van Kamerijk.

Gerard I van Wassenberg, (Gerard I Flamens), (eerste) graaf van Gelre. vermeld 1033-53, ✝ vóór 1058. Kreeg van de Duitse keizer een deel van de nalatenschap van graaf → Balderik en vestigde zich te Wassenberg; hij wordt ook genoemd als graaf in Teisterbant. dat hij vermoedelijk in leen kreeg van de Utrechtse bisschop.

Gerard II. graaf van Gelre (1082-1129), *24.10.1129 (of kort daarna). Gehuwd met Clementia, dochter van graaf Herman van Glcibcrg. Door zijn 2e huwelijk met Irmgard, dochter van graaf Otto van Sudvene, werd de vereniging van de graafschappen Gelre en Zutphen voorbereid. Gerard wordt 1067 genoemd als graaf in de gouw Hattuaria, 1083 als graaf in Hamaland, 1085 als graaf in de gouw Westfalen en 1096 als graaf van Gelre. Van 1096—1118 afwisselend betiteld als graaf van Gelre en graaf van Wassenberg. Machtig in de Maasstreek.

Zijn dochter Yolande huwde ca. 1107 met graaf Boudewijn m van Henegouwen. Bij het huwelijk van een andere dochter, Jutta, met hertog Walram van Limburg (1118) schonk Gerard Wassenberg aan het huis Limburg.

Opm. Het bestaan van twee graven met de naam Gerard tussen 1082 en 1129 werd tegen C.Pijnacker Hordijk weerlegd door P.C.Boeren. Volgens de eerste opvatting zouden er dan vijf i.p.v. vier graven Gerard geweest zijn. De weerlegging van Boeren wordt echter ook betwijfeld.

Gerard III, graaf van Gelre. wordt vermeld na 24.10.1129 en vóór 14.9.1141.

Gerard IV, graaf van Gelre (1207-29), *22.10.1229; zoon van Otto I; gehuwd (1206?) met Margaretha, dochter van hertog Hendrik I van Brabant. Keerde zich na ca. 1215 tegen de Utrechtse bisschop en zocht verbinding met de Stichtse ridderschap in Salland en langs de Overijsselse Vecht, die tegen de bisschop in opstand was gekomen; verwierf het bisschoppelijk bezit in Eist en Odiliënberg en nam deel aan de veldtocht van bisschop Otto II van Lippe tegen Rudolf. de kastelein van Coevorden; werd gewond en gevangen genomen in de Slag bij → Ane (1227). maar op erewoord vrijgelaten. lu I . C.Pijnacker Hordijk. De oudste graven van Wassenberg-Gelre (in; BVGO l, 1902); P.N.van Doorninck en J.S.van Veen. De graven en hertogen van Gelre (1904); P.C.Boeren. De oorsprong van Limburg en Gelre (1938); W.de Vries. De oorsprong van het geslacht der graven van Gelre (in: Bijdr. en Meded.

Ver. Gelre. 1946); M.A.Beclacrls van Blokland. De afstamming van de graven van Gelre (in: Ned. Leeuw. 1948).

Gerard I, (Gerardus). bisschop van Kamerijk. (1012-51), *14.3.1051. Verzette zich tegen de → Godsvrede, die voorgestaan werd door Boudewijn iv (die zijn invloed in de richting van Kamerijk uitbreidde). omdat hij daarin een aantasting van de rechterlijke hoogheid van de koning zag. Moest tenslotte aan de aandrang van zijn bevolking toegeven (1034). Overigens verdedigde hij de rechten van de kerk tegenover keizer Hendrik in. Op Gerards uitnodiging w'erd een geschiedenis van het bisdom Kamcrijk geschreven, G es ta pontificum Cameracen- sium, door een onbekende.

Gerard II, (Gerardus), bisschop van Kamerijk (1076-92), ✝ 31.7. of 11/12.8.1092. Steunde paus Gregrorius vu in de Investituurstrijd; werd door Gregorius berispt, die hem ervan beschuldigde zijn bisdom van de keizer te hebben ontvangen; wist zich echter vrij te pleiten. Streefde naar morele verbetering van de onder hem staande geestelijken; bevorderde het kloosterwezen; stichtte de kloosters → Affligem en Arrouaise. Na zijn dood scheidde het bisdom Atrecht zich van Kamerijk af en ontstond het Schisma van → Kamerijk.

Litt. A.Cauchie. La querelle des investitures dans les diocèses de Liège et de Cambrai (2 dln. 1890-91).